DE TOP 3 VAN: ARIELA NETIV
DIRECTEUR ERFGOED LEIDEN EN OMSTREKEN
De Lakenhal staat natuurlijk tjokvol met prachtige kunst, kunstnijverheid en historische voorwerpen. Een top 3 uit de collectie samenstellen, is net zo moeilijk als een top 3 van mijn favoriete gerechten kiezen. Alles hangt af van het moment, je stemming, wat er speelt in je leven en de associaties die iets bij je oproept. Ik heb daarom, uit het enorme aantal (kunst)voorwerpen dat ik gewoon mooi vind, objecten uitgezocht die iets zeggen over de omgang met (voorwerpen van) geschiedenis.
Het LANCKAERTTAPIJT EN DE DUIVENBRIEFJES
Dit wandtapijt van Joost Jansz. Lanckaert toont de gebeurtenissen van precies twee maanden in de aanloop naar Leidens Ontzet in 1574. Het begint met het doorsteken van de Maas- en IJsseldijken en eindigt op 3 oktober. Het is besteld door het stadsbestuur in 1587 en geeft de geschiedenis door de ogen van de overwinnaar weer: er wordt een verhaal verteld waar men trots op is.
Het Ontzet van Leiden
Joost Jansz. Lanckaert
Dit wandtapijt toont de gebeurtenissen van precies twee maanden in aanloop naar Leidens Ontzet in 1574. De militaire operatie wordt als een stripverhaal weergeven. Het begint met het doorsteken van de Maas- en IJsseldijken en eindigt op 3 oktober als de geuzen Leiden binnen varen. In 1587, dertien jaar na het Ontzet, kreeg de Delftse wever Joost Jansz. Lanckaert de opdracht voor het wandtapijt. De Tachtigjarige Oorlog was toen nog in volle gang. Leidens Ontzet had ertoe geleid dat de Spanjaarden het gewest Holland uiteindelijk moesten verlaten, maar in het oosten en zuiden van de Nederlanden ging de strijd door. Het triomftapijt kan daarom gezien worden als loyaliteitsverklaring: het stak de troepen een hart onder de riem om de strijd tegen de Spaanse vijand vol te houden. De kaart heeft meerdere perspectieven. Hierdoor zijn boten, soldaten en schansen niet in vogelvlucht maar in opstand afgebeeld, een techniek die tegenwoordig vaak op toeristische plattegronden wordt toegepast. De soldaten en schansen van het Spaanse leger zijn herkenbaar aan geblokte vaandels en de prinsgezinde troepen en galeien aan oranje, wit en blauw gestreepte vlaggen. Aangrijpend zijn de piepklein weergegeven dorpelingen, boeren en soldaten die te voet of in karren voor het water en de oorlogsverschrikkingen vluchten. Vrijwel onmiddellijk na de vervaardiging was het Lanckaerttapijt een geliefd topstuk. Dat is altijd zo gebleven. De ode aan het moedige optreden van de stad in de Tachtigjarige Oorlog werd door de eeuwen heen zorgvuldig bewaard en getoond. Sinds 1872 heeft het een ereplaats in De Lakenhal.
Read more
ARCHIEFSTUKKEN
De duivenbriefjes daarentegen zijn een direct product van de actie zelf. Archiefstukken als deze kunnen veel vertellen over hoe een gebeurtenis zich daadwerkelijk ontvouwde. Al is ook daar de eerste vraag van de historicus: wie schreef dit? Want het standpunt van de maker/schrijver, hetzij de overwinnaar, hetzij degene die nog midden in de angstige belegering zit, kleurt wat er op het tapijt/papier komt. Nog een opmerking: het tapijt biedt ook informatie die in de archieven niet te vinden is. Boten werden zonder bouwtekening gebouwd, dus kennis over het uiterlijk van de geuzenboten komt van kunstwerken als dit tapijt.
TOTAALPLAATJE
Dit vind ik een mooi voorbeeld van een mix van goed, tijdloos design (de bank), inspiratie uit de geschiedenis van de stad (laken) en hedendaags ambacht (textielontwerp). Een object dat vernieuwend is en tegelijk gebruik maakt van onze rijke geschiedenis! Wat het voor mij extra leuk maakt is dat dit model bank het eerste was dat mijn ouders aanschaften voor ons nieuwe huis in Nederland. In sixties oranje, dat dan weer wel…



Lambrisering
Het derde werk uit de collectie dat ik presenteer is van Johan Coenraad Altorf. Het is lambrisering bestaande uit gesneden panelen voor de vergaderzaal van N.V. De Centrale Arbeiders- Verzekerings- en Depositobank in Den Haag. De lambrisering bestaat uit vijf delen houtsnijwerk in eikenhout tegen een palissanderhouten achtergrond. De motieven zijn allemaal gebaseerd op de natuur. Voor mij staat dit werk voor alle fraaie details in monumentale gebouwen die we vaak achteloos voorbij lopen, maar die bij nadere beschouwing een kunstwerk op zich blijken te zijn. Niet alleen het interieur van monumenten, ook het exterieur bevat meestal dit soort details, zie bijvoorbeeld het glas van het trappenhuis van Stationsplein 107 en het beeldhouwwerk aan het kantongerecht (de afbeelding bovenaan deze pagina) op de Witte Singel. Een gebouw is vaak een Gesamtkunstwerk. Museum De Lakenhal zelf is daar een mooi voorbeeld van. Het is jammer dat dit soort details niet altijd in hun oorspronkelijke omgeving bewaard kunnen blijven, maar plaatsing in een museum is dan een goede tweede keus.


Over Ariela Netiv
Ariela Netiv is historicus en sinds 2013 directeur van Erfgoed Leiden en Omstreken (ELO). Bij ELO werken archivisten, archeologen, bouw- en architectuurhistorici nauw samen. Zij informeren over de geschiedenis van Leiden en Omstreken en adviseren over de omgang met dit erfgoed. ELO beheert ook archieven en archeologische- en bouwhistorische vondsten. Voor het publiek is er een studiezaal, educatieve activiteiten en een website met ruim anderhalf miljoen bezoekers per jaar. Molenmuseum De Valk maakt eveneens deel uit van ELO. Voor ELO was Ariela directeur van het gemeentearchief, later Regionaal Archief Leiden. Ariela is sinds 2007 actief als bestuurslid van de 3 October Vereeniging.
website ELO website Museum Molen De Valk website 3 October Vereeniging